In november 2008 ben ik gaan roeien. Ik ben kerngezond, maar alle vier mijn ledematen mankeren los van elkaar verschillende dingen. Waarom ga je dan juist roeien, zou je zeggen. Dat komt door Ad Stegeman. Hij maakte me zo enthousiast dat ik me heb aangemeld.
Mijn geboorte verliep erg moeizaam. Toen na een paar maanden bleek dat ik niet goed kon bewegen zei de dokter dat ik kinderverlamming had.
Ik kreeg beugeltjes en ben vaak in het ziekenhuis geweest om spieren op te rekken. Ik was rechtshandig maar had rechts spasmen, daardoor werd ik noodgedwongen linkshandig. Ik liep natuurlijk ook anders dan mijn vriendinnen, maar ik leerde er prima mee leven en deed zoveel mogelijk met alles mee. Pas op mijn dertigste hoorde ik van mijn huisarts dat het helemaal geen kinderverlamming was maar cerebrale parese: spasticiteit als gevolg van een hersenbeschadiging door zuurstoftekort bij de geboorte.
Op mijn dertiende werd ik op een smalle landweg geschept door een vrachtwagen. Ik lag daar zwaargewond in de berm en het duurde erg lang voor er een ambulance kwam. Oudewater en Woerden ruzieden over de verantwoordelijkheid voor dat weggetje in het buitengebied. Ik heb twee maanden in coma gelegen. Mijn linker sleutelbeen was compleet verbrijzeld. De boel is met een plastiek vastgezet en sinds die tijd kan ik mijn linkerarm niet meer omhoog krijgen. Ik moest toen leren om meer rechts te doen. Gelukkig kwam de fijne motoriek in mijn linkerhand wel weer terug.
corrie 2 kleinZes jaar geleden brak ik mijn linkervoet. Toen het gips er na zes weken af mocht gingen de spasmen weer opspelen. Het is een neurologische blokkade, mijn spieren worden verkeerd aangestuurd. Als ik bijvoorbeeld wil gaan zitten dan zeggen mijn hersenen “strekken” in plaats van “buigen”. Na een paar jaar heb ik nu mijn rechterbeen weer redelijk onder controle al is hij nog stijf, maar mijn linkerbeen wil nog niet. Ooit wordt het helemaal beter, maar dat kan jaren duren.
De laatste tien jaar heb ik regelmatig slijmbeursontstekingen in mijn rechterpols en -arm door overbelasting.
Ondanks mijn beperkingen voel ik me een rijk en gezegend mens. Er zijn een paar dingen die ik niet heb, maar ik heb twintig andere dingen wel! Ik heb de regie over mijn eigen leven, ik heb een dak boven mijn hoofd, ik kan zelf bepalen wat ik aantrek, ik zie, hoor en ruik alles. Ook heb ik een druk sociaal leven en doe ik vrijwilligerswerk voor de VvE en de kerk. Dat ik dan wat minder goed loop, tja! Hoe minder aandacht je er zelf aan besteed, hoe minder last je ervan hebt. Ik vergeet het zelfs vaak.
Voor ik mijn voet brak ging ik naar de sportschool en deed ik thuis oefeningen, maar dat staat nu stil.
Ik vind het fijn om iedere week te gaan roeien. Met in- en vooral uitstappen heb ik de insteekhaven, beugel én hulp van een sterke man nodig. Ik roei met een stuurboordriem omdat ik mijn linkerknie niet kan buigen en strekken. Het liefst roei ik buiten, heerlijk zo op het water en je ziet altijd wat. Bij slecht weer roei ik binnen op de ergometer want ik wil de tijd wel goed benutten. De sociale contacten op de roei vind ik erg leuk.
Interview met Coby van Schieveen
Liesbeth Harrewijn, 28 november 2013